Op zijn vijftiende speelde hij als gitarist in een dansorkest en hij ontpopte zich als imitator van Nat King Cole en Gilbert Bécaud. In 1957 tekende hij een platencontract bij muziekuitgever, producer en manager Jacques Kluger (1912-1963) die Tura eerst vertalingen van Amerikaanse successen liet zingen, maar hem ook stimuleerde om eigen liedjes te componeren. In het begin van de jaren zestig nam Jean Kluger (1937) het werk van zijn vader over en hij begeleidde Tura in 1962 naar een van zijn grootste successen: Eenzaam zonder jou. Hierna reeg Tura de hits aaneen, waarvoor hij vaak samenwerkte met tekstschrijver Nelly Byl (1919-2011). Als liedjesschrijver is Tura veelzijdig en putte hij inspiratie uit gospels, chansons, kleinkunst, pop, rock, country, filmmuziek en musical; in 1992 maakte hij met Moa vent toch zelfs een zijstap naar rap. Vanaf het begin van de jaren negentig zocht Tura ook naar waardering buiten de wereld van de ‘lichte muziek’. Hij trad verschillende keren op met symfonisch orkest en in 2002 nam hij in Londen een plaat met eigen liedjes op, begeleid door het London Philharmonic Orchestra. In 1990, naar aanleiding van zijn vijftigste verjaardag, bracht Humo het album Turalura uit, waarop rockartiesten covers van Tura-nummers brachten. In 2010 volgde Turalura 2. Dat de waardering en het respect voor Tura groeiden, blijkt ook uit het feit dat hij gevraagd werd om te zingen op de begrafenissen van Koning Boudewijn (1993) en Koningin Fabiola (2014). In 2010 en 2015 werden zijn 70ste en 75ste verjaardag uitgebreid en met veel mediabelangstelling gevierd.
Will Tura werd verschillende keren bekroond: in 2001 werd hij geridderd en hij ontving de gouden erepenning van het Vlaams Parlement (2007) en de Lifetime Achievement Award van de MIA’s (2016). De laatste jaren heeft hij het aantal optredens drastisch teruggeschroefd, maar in 2018 componeerde hij wel nog de bijzonder succesvolle musical ’40-’45. Nog in 2018 draaide Dominique Deruddere de documentaire Will Tura. Hoop doet leven. Will Tura heeft meer dan 500 nummers opgenomen, waarvan 300 eigen liedjes.
Deze deelcollectie bevat bladmuziek, vooral uit zijn vroege jaren, gepubliceerd door muziekuitgeverijen als Belmusic, Belgo-Mondial, Top Music Ed. Jean Kluger, WorldMusic Co. en Southern Music. Bekende nummers in de collectie zijn onder meer Eenzaam zonder jou (1962), Heimwee naar huis (1965), Arme Joe (1967), Angelina (1968), In de koolmijn (1969) en Wat je diep treft (1972). (Jan Dewilde)